Doelen van de Paardenverkenners lessen

Lesdoelen
De lessen van de Paardenverkenners raken naast het leren omgaan met de paarden veel vlakken van (paarden-)coaching. Hieronder vind je een lijst met doelen die aan de lessen gekoppeld kunnen worden. Per les zijn er ook specifieke lesdoelen aangegeven. Zo weet je waar je naast het leren over en met paarden ook nog aan werkt met de kinderen!

Specifieke Paardenverkennersdoelen:
- Veiligheid rondom paarden leren kennen; wat betreft kleding en schoeisel en overige zaken.
- Gevoel begrijpen en je in het paard kunnen verplaatsen (opsluiting in een kleine ruimte voor langer tijd).
- Leren hoe paarden fijn kunnen wonen.
- Paardeneten leren (her)kennen: wat is gezond en wat is niet gezond voor een paard?
- Gedrag van paarden leren herkennen.
- Goed leren observeren.
- De vacht en de manen en staart van het paard verzorgen en checken.
- Op een fijne manier leren optillen, neerzetten en verzorgen van de hoeven.
- Leren vlechten.
- Herkennen van een ziek paard en deze leren verzorgen.

Doelen van de Paardenverkenners lessen kunnen onder andere ook nog zijn:

Sociaal-emotioneel:
- Rekening houden met anderen.
- Kunnen omgaan met afspraken en regels.
- Leren samenwerken.
- Leren omgaan met competitie. 
- Waarnemen van sociale omgangsvormen van paarden onderling.
- Verwoorden van waargenomen gevoelens bij paarden.
- Opbouw van vertrouwen in de ander (paard en/of mens).
- Ieder is een belangrijk deel van de groep.
- Volharden, kordaat en duidelijk zijn.
- Leren probleemoplossend te denken.

En daarnaast vaak ook nog:
- Een geaccepteerd groepslid zijn.
- Bespreken van bepaalde thema’s (bijvoorbeeld leiderschap).
- Interpreteren en gepast reageren op sociale signalen. 
- Bijschaven van de tekorten in de sociale informatieverwerking en – vaardigheden. 
- I nterpreteren en gepast reageren op sociale signalen.
- Vertrouwen in de groep vergroten.

Regels en begrenzingen:
- Leren omgaan met regels en begrenzingen.
- Leren om instructies te ontvangen en om kunnen gaan met kritiek.

Stress verminderen en ontspannen:
- Gevoelens verwoorden.
- Reguleren van stress en spanning.

Motoriek en zintuigen:
- Stimuleren en versterken van de fijne motorische vaardigheden.
- Stimuleren en versterken van de grove en fijne motoriek.
- Stimuleren van de balans.

En daarnaast vaak ook nog: 
- Verbetering van de sensorische integratie van bewegingsprikkels.
- Sensorische stimulatie en verbeterde integratie.
- Verbeteren van de coördinatie
- Verbetering van de  ruimtelijke oriëntatie.
- Verbetering in de waarneming van zichzelf en de ander. 
- Verbetering van de sensorische integratie van bewegingsprikkels.

Cognitief:
- Bevorderen van de concentratie.
- Versterken van auditief, visueel en ruimtelijk geheugen.
- Stimuleren van de leermogelijkheden. 

En daarnaast vaak ook nog: 
- Bevorderen van tijd- en ruimtebeleving.